POEZIE.

Schijnbaar sprekend tegen leegte,
lucht ik langzaam toch mijn hart,
want niets is wat het lijkt
Een ongekende rust, een vast vertrouwen,
wordt als een rots waarop ik kan blijven bouwen.
Alsof mijn woorden en gedachten een luisterend oor hebben bereikt.
Noem het leegte, noem het God.
Noem het contemplatie, noem het geestelijk navelstaren of gewoon gebed.
Het is me om het even.
Feit is dat ik ooit in tijd en ruimte ben gezet.
Door wie of wat doet er niet eens toe maar het zal de liefde zijn geweest.
Dat ik tot de leegte spreek in vertrouwen dat het goed komt
dat is wat blijvend telt.
Zo te bidden word ik maar niet moe.
Ik ben nog nooit zo Zen geweest.
-juko-



Ze zeggen dat ik mooi ben
ach ze zeggen toch zo veel
ze zeggen dat ik aardig ben
en zo fijn om mee te praten
Tja, ze zeggen toch zoveel
Wat ze allemaal niét zeggen
dat is waar het dus om draait.
Om wat nooit gezegd wordt tegen mij
om alles wat ze zeggen. . . over mij.
Wanneer ik het niet hoor.
Nooit in mijn gezicht maar achter mijn rug.
Ach ze zeggen toch zoveel
en ik zeg maar niks meer terug.



Ik volg mijn leiders in dit land
huil en lees de krant vandaag
verwachtte iets meer empathie
uit de kamer in Den Haag.

Behoor ik ook tot vier procent?
Die de politiek niet meer vertrouwd?
Zijn wij dan te laf geworden
om een streep te zetten door het zand?

Niets meer om nog op te bouwen
Haal de kinderen dan maar hier.
Hulp ter plekke heeft geen zin.
Men kan er zelfs niet om de doden rouwen.

De skyline mag veranderd zijn
de kinderen gevlucht of dood
onze motieven mogen edel zijn
onze menselijkheid is wel verdoofd

Terwijl wij veilig blijven kijken.
Hoe een volk wordt vermoord
door een volk dat eens zelf. . . .
Omdat ook toen de wereld toe bleef kijken.
-juko-


Als het niet langer rijmt 
maar wel dicht.
Zie ik aan het einde van mijn tunnel
licht.
Laat het licht dan lichter zijn.
Lichter dan de adem van Uw Geest.
Want nooit eerder is een woord
zo schoon geweest
dan in den beginne .
Toen Uw woord in mij groter werd dan Ik Ben.

ALGORITME

Algoritme zegt dat het hier van ons verwacht
Dat wij zijn als datakaarsjes brandend in de nacht
En het wenst dat ieder toch zijn data geeft
Jij in jouw klein hoekje en ik in 't mijn

Algoritme zegt dat het ieders data ziet
Of het helder licht geeft of ook bijna niet
Het ziet uit de server of wij beschikbaar zijn
Jij in jouw klein hoekje en ik in 't mijn

Algoritme zegt ons ook dat 't zo donker is
Overal op aarde is van alles mis
Laat ons dan in 't duister held're lichtjes zijn
Jij in jouw klein hoekje en ik in 't mijn
vrij naar: Jezus zegt dat hij hier van ons verwacht


De Veerman

Waar de rivier doorwaadbaar is
heb ik de veerman enkel nodig
om mij op gevaar te wijzen
van onvermoede diepten
en verraderlijke onderstroom

Waar de rivier nog rustig is
laat hij me alles zelf doen
in het besef dat vrije wil
de essentie van mijn mens zijn is.

Waar de rivier gaat kolken,
het water golvend snelheid wint,
wordt mijn vrije wil verlamd door radeloosheid,
verwordt ik tot dat angstig kind.

De veerman neemt mijn hand
leidt mij op zijn schip, staande aan het roer
vaart hij ons langs de klippen en obstakels
veilig naar de overkant

Daar zet ik voet aan wal,
hij laat me gaan.
Ik betaal met dankbaarheid en weet.
Zelf was ik weer het grootst obstakel.



Als alles duister is.
Ontsteek een licht in mij.
Als alles zinloos lijkt.
Ontsteek een zin in mij.
Een eerste alfa.
Een laatste omega.
Daar tussenin Uw woorden die voor mij het woord ten leven zijn.

Laat mij verhalen schrijven.
Over liefde en genade.
Over ouderwetste termen die wij onderweg verloren zijn.
Over dat wat zonde is om zomaar los te laten.
Want in Uw woord is rijkdom, zin en zaligheid.
In Uw stilte de vervulling van mijn twijfel.

Schrijf op de tafel van mijn hart Uw wet ten leven Heer.
Want er zijn tien regels nooit door mij bedacht.
Help Gij mij met die eerste twee en als vanzelf, o wonder.
Vervul ik alle andere acht.

Hoe lief heb ik dit leven.
Ik eet en drink en vul mijn dagen.
Ik adem in ik adem uit.
Ik zing Uw lof in iedere stilte
Ik bid en werk in prijzend zwijgen.
U kent mij immers beter dan ikzelf!



Bij gebrek aan hout.
Ligt het lichaam in het ingenaaide laken.
Een dunne scheidslijn,
tussen leven en dood.
Tussen oorlog en vrede.
Tussen droom en waken.

Voor wie de bel luidt.
Voor wie sterft.
Voor wie niet op tijd kon vluchten voor
bommen en granaten, drones en kruisraketten.
We trekken hier en nu een streep.
Een rode lijn, geschreven met hun bloed,
In dit zand, hier, in de woestijn!
We gaan hem zetten!
Geen populistisch leider zal de vrede ons beletten.
We ontnemen hen hierbij het mandaat.





Alles is liefde.
Liefde is de kern.
De kern is Liefde.
Liefde is alles.
Hij is alles.
In allen.
Altijd.
Overal.
Bij leven.
Bij sterven.
Bij twijfel.
Bij hoop.
Bij vloeken.
Bij bidden.
Bij zoeken.
Ik laat me vinden.
Ik ben bij je.
Ik ben Liefde.
Ik blijf bij je.

juko


















	

Plaats een reactie