‘Zal het gedicht zichzelf schrijven?’ Dacht de schrijver toen hij zijn ogen dicht deed. In zijn hoofd vormden zich langzaam wat beelden, er dwarrelden wat losse woorden langs. Niets bijzonders, niemandalletjes. Kwestie van in de juiste volgorde zetten en de lijn van wat ik zeggen wil goed in de gaten houden en klaar is Kees.
Maar zo makkelijk ging het dit keer niet. Al snel kreeg hij in de gaten dat hij er serieus voor aan het werk moest. ‘Hmm, dit wordt niet eenvoudig.’ Hij kwam overeind en liep naar zijn bureau, ging zitten, en nam zijn vulpen op, draaide de dop eraf, schoof een leeg A-viertje naar zich toe, en schreef.
Zal het gedicht zichzelf schrijven? Komen de juiste woorden wel Drijven mijn gedachten niet te veel af van wat ik zeggen wil? Want stel. De woorden komen niet? Hoe zal dan mijn boodschap of wat ik zeggen wil, ooit bij de lezer of lezeres beklijven?
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.